VVB Roets’Ronde, tweede editie

Na een noodgedwongen coronastop kon VVB Bachten de Kupe zijn jaarlijkse Roets’Ronde hervatten.

Op de heenreis verduidelijkte voorzitter Gaby Vandromme nog eens het tweevoudig concept van de VVB Roets’Rondes: enerzijds kennis maken met een toeristische streek en anderzijds binnen die streek markante figuren ontmoeten die een specifieke plaats hebben verworven in ons sociaal en cultureel erfgoed.

Ontbijt in het Biezemhof

De tocht begon met een ontbijt in het Biezemhof in Aalter, alvast een smakelijke start van de Ronde. Jan Deweer, immer medereiziger zei: “hoe vinden jullie altijd zo’n leuke plek?”

Naar het graf van Flor Grammens

Na dat heerlijk ontbijt was het maar een korte tocht naar Bellem, meer specifiek naar het graf van Flor Grammens, waar VVB ere-voorzitter Guido Moons ons kwam vervoegen. In zijn onnavolgbare bevlogen stijl schetste Guido de activistische levensloop van Flor Grammens. Meer bepaald herinnerde hij eraan dat de taalgrens, zoals Grammens die daadwerkelijk had afgestapt en getekend, op enkele hectaren na, de taalgrens is geworden zoals die nadien officieel in de wetgeving werd gegoten. ”Zijn verdienste voor het veiligstellen van de Vlaamse taalgrens, – en dus staatsgrens – kan nauwelijks worden overschat”, aldus Guido.

André Vanden Bossche en Thérèse Heylen – peter en meter van de VVB-afdeling – legden samen een bloemenstuk neer op het graf van Grammens.

We stonden ook even stil bij een (het enige) heldenhuldezerkje op dit kerkhof.

Op weg naar Poeke

De tocht bracht ons dan naar Poeke. Op de weg daarheen kon Lambert Derenette, bestuurslid van onze afdeling en eveneens bestuurslid van VOS, een overzicht schetsen van de Heldenhuldezerkjes in Vlaanderen.

Lambert zet zich samen met Linda in voor de bewaring van dit uniek Vlaams funerair erfgoed, waarover zij in het najaar trouwens een boek zullen uitbrengen.

Kasteel van Poeke

In Poeke werden we opgewacht door Arnold Strobbe, VVB-lid en eveneens gids in Brugge en Gent.

Arnold schetste de geschiedenis van het kasteel van Poeke en hoe het, nadat de edelen het geld hoogmoedig hadden verbrast en verspild, uiteindelijk eigendom werd van het Vlaamse volk: de Vlaamse Gemeenschap. Het was een aanschouwelijk verhaal van de roem en teloorgang van de feodale adel in Vlaanderen.

Arnold vergezelde ons dan naar de plaats waar Guido Gezelle een paar beroemde “kleengedichtjes“ had geschreven (’t is avond, en ’t is rustens recht…”) onder de treurbeuk van Notaris Vandoorne. En wie ooit in Poeke komt zal tegenover de Sint Lambertuskerk de ode vinden die Gezelle schreef: “Poeke, Poeke”.

Een driegangenmenu

Na Poeke was het tijd om ons te haasten naar “De Lieves’ bistronoom” in Belsele.

Aan de oever van de “Lieve”, ooit prachtig kanaal dat Gent verbond met het Zwin in Damme, konden we van een fel gesmaakt driegangenmenu genieten. Opnieuw zei Jan: “maar hoe vinden jullie deze plaatsen?”

Cyriel Buysse en de gezusters Loveling

In Nevele maakten we kennis met Cyriel Buysse en de gezusters Loveling.

Cyriel Buysse, was een notoir tegenstander van wat hij de “Flaminganten” noemde. Hij kreeg het daarvoor trouwens toendertijd aan de stok met de “Van Nu en Straks”-ers (Vermeylen en Streuvels), schreef wel een paar oer-Vlaamse romans en novellen. Wie kent niet zijn ”Gezin van Pamel”, dat nog altijd een speelbaar meesterwerk is.

De figuren van Virginie en Rosalie Loveling (de tantes van Buysse), feministen avant  la lettre, werden belicht en geplaatst in de geest van hun tijd.

Breughel-doedelzak

Op onze laatste stop – de Drongengoedhoeve in Ursel – werden we door Wim Depoorter (tot voor kort voorzitter van de Marnixring Veurne-Zannekin) enthousiast vergast met enkele fraaie melodieën op de Breughel-doedelzak.

Het was tijd om tevreden en voldaan af te zakken naar Bachten de Kupe.

 

Deel dit bericht op uw sociale mediakanalen of verzend de link met een E-post bericht.

Facebook
Twitter
LinkedIn
Pinterest
Telegram
WhatsApp
E-Post

De Vlaamse Volksbeweging een duwtje in de rug geven? Uw steun zorgt ervoor dat de Vlaamse Volksbeweging haar werk kan blijven uitvoeren. Bovendien krijg je jaarlijks vanaf een bedrag van €40 een fiscaal attest.